Nieuwsberichten

Nieuws uit Brussel 01.03.2017

Speech seminarie antibioticagebruik bij nutsdieren

Naar aanleiding van het ‘Salon voor Land- en Tuinbouw’, organiseerde de Belgian Porc Group (Westvlees nv) eergisteren een seminarie over het gebruik van antibiotica bij nutsdieren. Als commissaris van landbouw in het Vlaams Parlement werd ik uitgenodigd om de genodigden van de Belgian Porc Group toe te spreken. Hieronder kan u mijn speech daarover volledig nalezen.

—————————————————————————————————————————————————————————————–

Geachte heren Verspreet en Claeys
Geachte Professoren en dierenartsen
Beste genodigden

Laat mij beginnen met te zeggen dat ik als commissaris van landbouw tevreden ben dat we hier deze ochtend, vanuit de ruime sector, allemaal samen zijn om van gedachten te wisselen rond een wel zeer belangerijk thema. ‘Hoe gaan we in de toekomst om met antibiotica’. Dat de uitnodiging komt van de Belgian Pork Group, een belangrijke speler, is niet geheel toevallig.

Een van onze troeven is nog steeds het produceren van het veiligste voedsel ter wereld. ‘Small country, great food’ is daarom ook de logische slogan van Food.be. Ik zou daar graag ook ‘Small country, safe food’ willen aan toevoegen. Al ligt bij dat laatste nu net dé grote uitdaging voor de sector zelf.

Als exportgerichte regio van dierlijke producten mag Vlaanderen de antibioticaproblematiek niet met oogkleppen aanpakken. Na de dioxinecrisis hebben wij zware investeringen moeten doen om de reputatie van ons vlees in het buitenland op te krikken. Dat is ons gelukt, maar we moeten voorkomen dat het overmatig antibioticagebruik die reputatie van ons vlees in het buitenland aantast. Belangrijk is dat de consument weet dat het vlees op zijn bord veilig en gezond is.

Toen ik in 2015 voor het eerst een gesprek had met Professor Dewulf beseftte ik dat het vijf voor twaalf was om vanuit het politieke niveau actie te ondernemen. Alleen het bewustmaken en correct toepassen van antibiotica kan ons de titel van ‘Small country, safe food’ blijven garanderen.

Want ‘Voorkomen is beter dan genezen.’ Dat zou iedereen moeten weten. Deze volkswijsheid wordt ons met de paplepel ingegeven. Vlaanderen wordt gekenmerkt door een hoge veedensiteit en een grote concentratie aan veehouderijen. Het voorkomen van ziekten is dan ook een belangrijke opdracht. Wie een ziekte in zijn stal krijgt, kijkt niet alleen aan tegen monsterverliezen, maar ondervindt daar jarenlang nog de gevolgen van.

We hoeven maar te kijken naar de geldende ophokplicht tegen vogelgriep. Daar zien we dat de bewarende maatregelen die werden genomen, de professionele sector vooralsnog hebben kunnen vrijwaren van de vogelgriep.

Antibiotica alleen zijn niet het aangewezen middel om dierenziektes te voorkomen. In het verleden hebben onze dierenhouders – zonder twijfel met de beste bedoelingen – te vroeg, te veel en te vaak hun toevlucht gezocht naar het gebruik van antibiotica.

We doen zo met onze dieren eigenlijk wat we met onszelf doen. België staat in de Europese top 5 van landen waar per inwoner de grootste hoeveelheid antibiotica wordt gebruikt. Worden we daar met zijn allen gezonder van? Neen, in tegendeel. Hoe vaker je antibiotica slikt, hoe groter de kans dat bacteriën er niet langer gevoelig voor zijn en antibiotica uiteindelijk niet meer helpen wanneer ze echt nodig zijn.

Zowel voor mens als dier staan we voor een duidelijke opdracht: we moeten ons antibioticagebruik drastisch verminderen. Ik zeg wel degelijk ‘verminderen’ en niet ‘afschaffen’. Antibiotica redden levens van mens en dier, maar om dat te kunnen blijven doen is een selectief en gericht gebruik vereist.

Professor Jeroen Dewulf, die als drijvende kracht achter AMCRA verdienstelijk werk verricht in de strijd tegen overmatig antibioticagebruik, waarschuwde tijdens een hoorzitting in de commissie Landbouw van het Vlaams Parlement dat tegen het tempo waarop resistentie is toegenomen sinds de toepassing van antibiotica het zou kunnen dat er binnen 60 jaar geen effectieve resistentie meer zal zijn. Een wake up call als het ware! Het goede nieuws is dat het kalf nog niet verdronken is. De resistentie kan worden teruggedrongen! Daarvoor mogen we echter niet bij de pakken blijven zitten.

Dat die boodschap insloeg als een bom werd alvast bewezen door de initiatieven die onze Federaal minister van Volksgezondheid Mevr. Maggie De Block, zelf een arts, reeds heeft genomen. Zo ondertekende ze het charter van AMCRA, wat op zich een sterk signaal is, en maakt haar niet blind voor de gevolgen van het overmatig of incorrect gebruik van antibiotica bij dieren, al was het maar dat te veel antibiotica bij dieren via het milieu en voedsel toch bij mensen terecht komen.

Samen met de minister van Landbouw Dhr. Willy Borsus is ze ook verantwoordelijk voor het FAVV. Een dienst die als partner heel wat tools heeft om zo op het terrein wel degelijk het verschil te maken en dit, niet geheel onbelangrijk, in nauw overleg met de brede sector.

De bevoegdheid van Vlaanderen is beperkt, maar zeker niet onbestaande.
Dat is ook de reden waarom mijn collega Herman De Croo en ik zelf hebben meegewerkt aan een resolutie, die eind 2015 werd goedgekeurd in het Vlaams Parlement, over het ontraden van overmatig gebruik van antibiotica bij nutsdieren.

Overigens zijn ook de hoorzittingen rond antibiotica in de commissie Landbouw er expliciet op mijn vraag gekomen. De cijfers van AMCRA waren immers verontrustend: in 2014 bleek een nieuwe stijging van het antibioticagebruik in de veeteelt met 1.1% na een daling van 6.9% in 2012 en 6.3% in 2013.

Inmiddels is de trend weer gekeerd, maar het fundamentele probleem blijft dat het aartsmoeilijk wordt om de doelstellingen die de overheid zichzelf heeft opgelegd te behalen. Concreet ambieert men drie objectieven:
50% minder gebruik van antibiotica in het algemeen,
75% minder van de meest kritisch belangrijke antbiotica,beide tegen 2020; en 50% minder antibiotica in gemedicineerde voeders tegen het einde van dit jaar!

Verder kunnen we vanuit Vlaanderen meewerken via onderzoek en demoprojecten aan de ontwikkeling van technologieën en praktijken die antibioticagebruik kunnen voorkomen. Ik las onlangs nog een artikel over een nieuwe techniek om antibiotica bij varkens op te sporen via het speeksel, een primeur en een bewijs dat onderzoek loont en z’n vruchten afwerpt.

Ook via het VLIF heeft Vlaanderen tools in handen. Al heeft verminderd antibioticagebruik meer te maken met bedrijfsvoering en minder met investeringen, toch kunnen we via het VLIF sanitaire en bedrijfshygiënische investeringen aanmoedigen.

Uit het antwoord van een van mijn schriftelijke vragen bleek dat er in de periode 2011-2014 30 steunaanvragen waren en dat er amper 5 werden goedgekeurd. Op dit vlak kunnen we duidelijk nog een tandje bijsteken.

Laat mij duidelijk zijn: de dierenhouders beleven moeilijke tijden. Ik wil hen zeker niet uitroepen tot vijanden van de volksgezondheid. Ik zie hen eerder als bondgenoten. Sensibilisering en assistentie krijgen om antibiotica correct aan te wenden is voor hen dan ook zeer cruciaal.

Bedrijfsdierenartsen zijn vaak vertrouwenspersonen van de dierenhouders. Zij spelen een cruciale rol door nauwlettend toe te kijken op het respecteren van de stalhygiëne, door een correct voorschrijfgedrag en door zichzelf permanent bij te scholen inzake gebruik van antibiotica bij nutsdieren.

Een initiatief als deze juichen wij dan ook zeker toe. Maar nog te vaak worden bedrijfsdierenartsen door de landbouwers zelf onder druk gezet. Daarom rekenen we in deze ook op de landbouworganisaties om hun boeren via diverse publicaties en voorlichtingen het belang van verantwoord antibioticagebruik te laten inzien.

De mengvoederindustrie neemt in dit debat reeds zijn verantwoordelijkheid op.
Ik wil dan ook een warme oproep doen om hiervoor blijvend aandacht te hebben en een trekkersrol te spelen.

U hoort het, er is nog heel wat werk aan de winkel maar ik ben ervan overtuigd dat we samen wel degelijk het verschil kunnen maken.

Dames en heren,

Antibioticaresistentie behoort tot de drie belangrijkste prioriteiten van de Wereldgezondheidsorganisatie en staat zelfs voor de bestrijding van hiv.

Daarom is permanente aandacht van beleidsmakers voor dit thema nodig. Ik heb erop aangedrongen om structureel over deze thematiek te rapporteren in het tweejaarlijkse Landbouwrapport. Zo houden we het debat brandend actueel en op de politieke agenda.

Want alleen door de neuzen in dezelfde richting te zetten kunnen we het verschil op het terrein waarmaken. Want ons land verdient het om de titel te dragen ‘Small country, Safe food’.

Dankuwel voor uw aandacht.

2017-02-27-PHOTO-00001754 2017-02-27-PHOTO-00001755